Tirade 436

Prijs € 12,50

Uitverkocht

Paperback | Juli 2010 |

Beoordeel dit boek als eerste!

Beschrijving

Geerten Meijsing schrijft in 'Kut met peren' over Keith Snell: 'Waarom we ons zo vastbeten in een brede reeks studieonderwerpen, had niet speciaal tot doel een boek te produceren. We vonden het voor ons leven van het grootste belang onze kennis te verdiepen, en het boek, een monument voor de mythe, tegelijk de tombe van onze hoofdfiguur en held, was eigenlijk een bijproduct waar we zelf van stonden te kijken.'Gilles van der Loo beschrijft in 'Momo en ik' de raadselachtige tocht van een man en een kind. Jabik Veenbaas brengt in 'Pak van eender laken' de correspondentie tussen Chris J. van Geel en zijn zoon voor het voetlicht: 'Moeilijk hè. [...] Ik schrijf dit om het voor mezelf te formuleren; je behoeft het niet te begrijpen, ajb. Niet.Maar misschien begrijp je het toch enigszins. Waarom ook niet? Kinderachtig ben ik alleen met de kinderachtigen.'Joost van den Toorn reageert op het essay van Hans van den Bergh, waarin zijn beeld de aardappelmannetjes ter sprake komt. Kees Sluys reageert op Menno Hartmans essay over Theo Kars. Ook Boudwijn van Houten schreef over laatstgenoemde: 'Als vriend zou hij me nu vervelen. Er verscheen een boekje met zijn levenswijsheden dat ik inkeek en waarin je dingen vond als: je hoeft niet pertinent te wachten als het verkeerslicht bij een oversteekplaats op rood staat. Wat voor denkers zijn daarvan onder de indruk, vraag ik me af. Veel ouder dan twintig kunnen ze toch niet zijn.'Naast een bonte stoet poëzie in De Ketting, waarin dichters op elkaars werk reageren en Atte Jongstra de ondertiteling voor zijn rekening neemt, bevat dit nummer nieuwe gedichten van: Eva Gerlach, Wiljan van den Akker, Lucas Hirsch en Delphine Lecomte. Verder: Arnold Heumakers vervolgt zijn essay over Théophile Gautier, Willem Claassen beschrijft de subtiele kwellingen van het samenzijn in 'Camping', Philo Bregstein schrijft over de ontdekking van Frits Staal en Huub Mous over Gerard Reve en Kleine Alice van Edward Albee. 'Als God en gekte zo dicht bij elkaar liggen, kan er dan nog wel van een religieuze ervaring gesproken worden?'

Volledige beschrijving

Specificaties

Uitgever
Uitgeverij G.A. Van Oorschot B.V.
ISBN
9789028210660
Bindwijze
Paperback
Publicatiedatum
Juli 2010
Categorie
Algemeen
Taal
Nederlandstalig
Aantal Pagina's
202

Beschrijving

Geerten Meijsing schrijft in 'Kut met peren' over Keith Snell: 'Waarom we ons zo vastbeten in een brede reeks studieonderwerpen, had niet speciaal tot doel een boek te produceren. We vonden het voor ons leven van het grootste belang onze kennis te verdiepen, en het boek, een monument voor de mythe, tegelijk de tombe van onze hoofdfiguur en held, was eigenlijk een bijproduct waar we zelf van stonden te kijken.'
Gilles van der Loo beschrijft in 'Momo en ik' de raadselachtige tocht van een man en een kind. Jabik Veenbaas brengt in 'Pak van eender laken' de correspondentie tussen Chris J. van Geel en zijn zoon voor het voetlicht: 'Moeilijk hè. [...] Ik schrijf dit om het voor mezelf te formuleren; je behoeft het niet te begrijpen, ajb. Niet.
Maar misschien begrijp je het toch enigszins. Waarom ook niet? Kinderachtig ben ik alleen met de kinderachtigen.'
Joost van den Toorn reageert op het essay van Hans van den Bergh, waarin zijn beeld de aardappelmannetjes ter sprake komt. Kees Sluys reageert op Menno Hartmans essay over Theo Kars. Ook Boudwijn van Houten schreef over laatstgenoemde: 'Als vriend zou hij me nu vervelen. Er verscheen een boekje met zijn levenswijsheden dat ik inkeek en waarin je dingen vond als: je hoeft niet pertinent te wachten als het verkeerslicht bij een oversteekplaats op rood staat. Wat voor denkers zijn daarvan onder de indruk, vraag ik me af. Veel ouder dan twintig kunnen ze toch niet zijn.'
Naast een bonte stoet poëzie in De Ketting, waarin dichters op elkaars werk reageren en Atte Jongstra de ondertiteling voor zijn rekening neemt, bevat dit nummer nieuwe gedichten van: Eva Gerlach, Wiljan van den Akker, Lucas Hirsch en Delphine Lecomte. Verder: Arnold Heumakers vervolgt zijn essay over Théophile Gautier, Willem Claassen beschrijft de subtiele kwellingen van het samenzijn in 'Camping', Philo Bregstein schrijft over de ontdekking van Frits Staal en Huub Mous over Gerard Reve en Kleine Alice van Edward Albee. 'Als God en gekte zo dicht bij elkaar liggen, kan er dan nog wel van een religieuze ervaring gesproken worden?'

Schrijf een recensie

Velden met een * zijn verplicht

Specificaties

Uitgever
Uitgeverij G.A. Van Oorschot B.V.
ISBN
9789028210660
Bindwijze
Paperback
Publicatiedatum
Juli 2010
Categorie
Algemeen
Taal
Nederlandstalig
Aantal Pagina's
202

Actuele bestsellers!

  • 22,99
  • 18,99
  • 24,99
  • 23,00
  • 15,00
  • 15,99
  • 18,99
  • 15,00
  • 23,99
  • 24,99