A27

De roman A27 vertelt het verhaal van drie mensen die zowel letterlijk als figuurlijk stilstaan. Binnen het verloop van één file worden hun levens ontrold. Hoewel ze ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben, zoals eenieder die in de file staat en zijn leven overpeinst of mee blèrt met de radio, is het de snelweg die hen onlosmakelijk met elkaar verbindt. Henri Goesch is druk met van alles. Zoals met het nalezen van de overdrachtsdocumenten die 'eventjes' gelezen moeten worden, met het beantwoorden van de binnenkomende berichten van zijn maatjes en het flirten met aantrekkelijke dames. Onderwijl negeert hij de telefoontjes van zijn ex die zoals gebruikelijk zal melden dat er 'iets is met die kinderen van hem'. Ja oké, hij heeft zijn dochter aan het roken geholpen en zijn zoon gedraagt zich als een psychopaat, maar wat kan Henri daaraan doen? Hij is al zo ontzettend druk. Sjors de Graaf - 'maar je spreekt het uit als George!' - forenst elke dag op en neer van Spakenburg naar Breda, maar denkt er niet aan om te verhuizen. Spakenburg is zijn alles, moet zijn alles zijn. De tijd die hij doorbrengt in de auto is hem lief: dan kan hij even zichzelf zijn. Hij heeft de liefste vrouw van de wereld en vier engeltjes van kinderen. Er is echter 'iets mis' met hem, zoals de dominee zijn probleem omschrijft. Dat heeft hem de dierbare relatie met zijn neef Johan gekost. Hoe ver laat Sjors het nog komen?Terwijl Malines van Aa aansluit in de file, speelt ze non-stop het paniekerige telefoongesprek af dat ze heeft gevoerd met haar tweelingzusje Mechel. Haar zusje heeft autopech en staat op de vluchtstrook van de A27, tegen de rechterrijbaan aan. De paniek is gerechtvaardigd: Mechel heeft geen rijbewijs (soms leent ze het rijbewijs van Malines) en ze heeft de oldtimer van hun vader meegenomen. Zoals altijd is het aan Malines om haar zusje te redden, maar eigenlijk is zijzelf degene die gered wil worden. Maar natuurlijk is er niemand die aan haar denkt.Alle drie hebben ze één ding gemeen: ze behoren tot dezelfde slang van auto's, naast elkaar en naar elkaar grommend op grijze rijstroken van de A27. Ze behoren eveneens tot dezelfde moderne tijd. Met zijn roman A27 illustreert Stefan Popa treffend het egoïsme, hedonisme en de sociale leegte van de hedendaagse wereld.