Voor elkaar?

Sinds 1 januari 2015 is de langdurige zorg en ondersteuning in Nederland anders ingericht. Op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) voert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) over de periode 2015 tot en met 2017 de landelijke evaluatie uit van de Hervorming Langdurige Zorg (HLZ). In het kader van de HLZ-evaluatie zullen diverse deelrapporten verschijnen. In 2018 volgt een overkoepelend eindrapport.Dit onderzoek geeft inzicht in de informele hulp die mensen geven in verband met gezondheidsbeperkingen. Het gaat zowel om hulp door mensen die elkaar al kenden voordat zij gingen helpen, zoals familie, vrienden of buren (mantelzorgers), maar ook om vrijwilligers in de zorg of ondersteuning. Wie helpen zij, welke hulp geven zij, waarom doen ze dat, met wie delen zij die hulp? Maar ook: wat zijn de ervaringen van deze informele helpers, hebben zij ondersteuning nodig en krijgen zij deze? En in hoeverre zijn mensen die geen informele hulp geven bereid en in staat om anderen te helpen? Is dit alles in 2016 veranderd ten opzichte van 2014? Deze publicatie geeft, op basis van enquêtes in 2014 en 2016, antwoord op dit type vragen. Per jaar werden ruim 7000 mensen bevraagd, onder wie mantelzorgers, vrijwilligers in de zorg en ondersteuning en mensen die niet actief zijn als informele helper.Mirjam de Klerk, Alice de Boer en Inger Plaisier zijn werkzaam bij het programma Zorg en Ondersteuning van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Mirjam de Klerk is programmaleider en doet onderzoek naar informele hulp, de Wmo, het zorggebruik en de participatie van mensen met beperkingen. Alice de Boer doet onder meer onderzoek op het terrein van de informele hulp en de ouderenzorg. Zij is tevens bijzonder hoogleraar aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Inger Plaisier doet onderzoek naar ontwikkelingen in de (thuis)zorg, met als aandachtsgebied psychische gezondheids­problemen. Peggy Schyns is werkzaam bij het programma Duurzame Samenleving en doet onder meer onderzoek naar duurzaam consumeren, informele hulp, leefstijl en subjectief welbevinden.